© Vivian MaierMaloof Collection, Courtesy Howard Greenberg Gallery, New York

Je wordt toegelachen door de vreemdheid van een hemel die niet van jou is

De opening van het jaar 2015 voor volwassenen en studenten. "De omstandigheden waar God ons doorheen laat gaan”, zei don Giussani, “zijn een essentiële en geen secundaire factor van onze roeping, van de missie waartoe Hij ons roept.".
Julián Carrón, Davide Prosperi

JULIÁN CARRÓN

Vragen we aan de Geest om in ons een zodanige genegenheid voor Christus op te wekken, een zodanige gehechtheid aan Hem, dat we in alle plooien van ons leven van Hem zullen kunnen getuigen.

  • Kom Schepper Geest
  • La mente torna
  • I wonder as I wander

DAVIDE PROSPERI

Welkom bij deze geste waarmee we gezamenlijk het nieuwe sociale jaar beginnen. Ik groet ook alle vrienden die in verschillende steden in Italië en in het buitenland met ons verbonden zijn om samen deze geste te beleven.
“De mooiste dag van de week is de maandag, want op maandag begint het opnieuw, begint opnieuw de weg, het plan, begint opnieuw de verwezenlijking van de schoonheid, van de genegenheid” (L. Giussani, Dal temperamento un metodo [Vanuit het temperament, een methode], uitg. Bur, Milaan 2002, p. 31). Deze zin van don Giussani zegt ons het motief waarom we het niet moe worden opnieuw te beginnen, want wij zijn meer gehecht aan deze schoonheid dan aan welke andere interesse dan ook, en we vragen dus aan ons grote gezelschap om ons te helpen de moed niet te verliezen, zodat, dag na dag, jaar na jaar, onze genegenheid voor de bron van de schoonheid kan groeien.
In 1964 zei don Giussani tijdens de Geestelijke oefeningen in Varigotti: “Wij moeten vechten voor de schoonheid, want zonder schoonheid kun je niet leven. En deze strijd moet elk detail behelzen, want hoe zullen we anders ooit het St.Pietersplein kunnen vullen?” (vgl. L. Amicone, “Il 25 aprile di Rimini [25 april in Rimini]”, in: Tempi, n. 18/2004, p. 20). Op 7 maart hèbben we het gevuld, dat Plein. We hebben de Paus om een ontmoeting gevraagd om hem te vragen hoe we die frisheid van het begin kunnen bewaren zonder welke onze beweging niet nuttig zal kunnen blijven voor de Kerk en voor de wereld. Ik denk dat eenieder van ons hier is omdat hij van oordeel is dat deze ervaring van waarde is voor zijn eigen leven. Maar hoe kun je steeds nuttiger zijn voor de Kerk en zo de glorie van Christus in de wereld dienen? De Paus heeft deze vraag beantwoord door ons een taak toe te vertrouwen, zoals we ons goed herinneren: “Gecentreerd in Christus en het Evangelie, kunnen jullie armen, handen, voeten, geest en hart zijn van een Kerk die ‘naar buiten’ gaat” (Franciscus,
Toespraak tot Gemeenschap en Bevrijding, 7 maart 2015).
En Carrón heeft dat hernomen tijdens de Geestelijke oefeningen van de Fraterniteit: “Waaraan kunnen we deze aanwezigheid herkennen? Aan het feit dat ze ons decentreert van onze reducties, van onze verstrooidheid, om ons terug te brengen naar het centrum, Christus. [...] Het christendom is altijd een gebeurtenis” (Een aanwezigheid in de blik, Rimini 2015, p. 34). We moeten beseffen dat dit een richting aanduidt, dat wil zeggen dat we ons opnieuw moeten centreren op het primaat van de gebeurtenis, ons steeds opnieuw moeten openstellen voor Christus als gebeurtenis die gebeurd is in de voorbije geschiedenis en die in het heden gebeurt op steeds nieuwe manieren die wij geroepen zijn te volgen.
(...)