Wachten op de Paus in Mosul

De paus in Irak: "Wij, levende stenen tussen verwoeste kerken"

Van 5 tot 8 maart bezoekt paus Franciscus Irak om de dialoog met de moslimwereld aan te gaan en de slachtoffers van de oorlog te ontmoeten. Een impressie hoe christenen in Irak op zijn komst wachten.
Maria Acqua Simi

Youssef controleert of alles in orde is. De grote ramen van de "kerk van de martelaren", zoals de Syrische Katholieke Kathedraal van onze Lieve Vrouw in Bagdad wordt genoemd, zijn netjes, de stenen vloer is gepolijst, nieuwe sierplanten omringen het altaar. "Alles moet klaar zijn voor wanneer de paus arriveert." Deze bijna zestigjarige man, die elke dag met de nodige discretie een van de symbolische plekken van het christendom in Irak bewaakt, is niet erg spraakzaam. Maar het geloof van een leven lang kan worden waargenomen in zijn gebaren. Voor hem, een overlevende van het bloedbad van 31 oktober 2010 dat zich precies binnen deze muren voltrok, is het bezoek van paus Franciscus van 5 tot 8 maart, "een droom die uitkomt. We hopen dat alles goed gaat, als het God belieft zal dat zo zijn". Toen de terroristen tien jaar geleden binnenvielen, bevond hij zich in de sacristie. Hij slaagde erin om een ​​kleine groep mensen te verzamelen en te ontsnappen, terwijl de jihadisten twee priesters en 46 gelovigen vermoordden: onder hen een 3-jarige jongen en een 12-jarig meisje.

"Anderhalf jaar geleden erkende de kerk hen als martelaren en dienaren van God, ze zijn altijd bij me. Elke dag. Ik ben blij dat de paus hier komt om ons te ontmoeten en kennis komt nemen over wat er met hen gebeurd is" zegt hij vandaag. De kerk is volledig gerestaureerd, maar de vloer en altaar zijn hetzelfde als de dag van de aanval. In de crypte zijn de twee vermoorde priesters, Thaer Abdal en Wassim Kas Boutros, en een deel van de gelovigen die die dag stierven begraven. Alle anderen rusten in verschillende begraafplaatsen in het hele land. Irak is een prachtig land, maar de afgelopen decennia heeft het bloed van christenen (en veel moslims, Yazidis, Koerden) steden en rivieren, bergen en velden doordrenkt.

Zes jaar geleden viel Isis moordend en plunderend de Vlakte van Nineve binnen en duizenden burgers werden gedwongen om te vluchten. Sommige monniken en priesters besloten om te blijven om kerken en kloosters te bewaken en te bewaren voor de verwoestende razernij, waarbij zij hun leven riskeerden en het soms verloren. Maar ook in de tijd vóór het kalifaat was het leven niet makkelijk voor christenen. De lijst van omgekomen religieuzen en priesters is lang: van zuster Cecilia Moshi Hanna, die in 2002 in Bagdad om het leven kwam, tot de Chaldese priester Ragheed Ganni (de paus zou op weg naar Erbil kort zijn graftombe kunnen bezoeken) en zijn drie diakens in Mosul, gedood in 2007, en Mgr. Faraj Raho, aartsbisschop van Mosul, die in 2008 werd gekidnapt en vermoord.

Zuster Yola Girges

Toch heeft klagen vandaag niet de overhand onder degenen die de paus verwachten. Zuster Yola Girges, een franciscanes, is ongeduldig. Gisteren dwong Covid haar vervelend genoeg om te stoppen met waar ze reeds weken lang met een paar jonge mensen uit de parochie aan heeft gewerkt: het voorbereiden van liederen en psalmen voor de eucharistieviering die zwaar zal worden bewaakt. "Ik werd ziek aan de vooravond van zijn aankomst, maar ik hoop op tijd te herstellen." Ze vertelt dat de christelijke gemeenschap in Bagdad nu erg klein is; bijna iedereen is vertrokken. In het algemeen heeft het land een diaspora van christenen gekend, van 1,5 miljoen in 2005 tot iets minder dan 300.000 nu. "Maar voor mij zijn die weinigen als bloemen in de woestijn", zegt de zuster. "Het zijn de kleine zaadjes voor de hele Iraakse gemeenschap, wij runnen een kleine kwekerij en de moslims willen graag hun kinderen naar ons sturen; we zijn vrienden en ze erkennen dat hun kinderen op een prachtige plek moeten wonen, waar ze kunnen ademen in vrijheid, waar naastenliefde heerst. Wat dit betreft komt ons geen verdienste toe, we praktizeren gewoon ons christelijk geloof in ons dagelijkse werk, in onze oude cultuur die altijd dit land heeft gekenmerkt. Ik hoop dat door de paus te zien en de toewijding, het engagement te zien, de liefde waarmee we proberen weer alles te herstellen, zelfs al degenen die zijn vertrokken ervoor kiezen om terug te keren."

De echte onrust, zegt ze, is nu in het noorden, in de Vlakte van Nineve: "Kleine groepen christenen zijn teruggekomen om te wonen in Mosul, Qaraqosh, Bartellah en de dorpen van Ninawa. Maandenlang zijn jongeren bezig geweest met de voorbereidingen op de komst van Franciscus door het bijwonen van lessen en het deelnemen aan spirituele oefeningen o.l.v. priesters. Het moest niet iets geïmproviseerds zijn, het was noodzakelijk om ook in ons hart voorbereid te zijn op zijn komst". Zoals Hanna, een christelijke lerares uit Bartellah, vertelt gaven deze bijeenkomsten van gedeelde ervaringen aanleiding tot veel vragen over wat het betekent om christen te zijn, om een minderheid te zijn, over de zin van het leven, over het stichten van een gezin ondanks de vijandigheid, over pijn en dood: "Een vraag die vaak opkomt is die over vergeving. Niet iedereen is in staat tot vergeving, omdat de wonden nog steeds open zijn, pijn doen."

Voorbereidingen voor het bezoek

Rony is meer gedesillusioneerd, bijna bang voor deze pausreis. "De paus blijft hier maar kort, we zullen geen tijd hebben om met hem te praten. Maar op de een of andere manier blijf ik net zoals Zacheüs hopen. Ik ben maar onbeduidend, maar als ik zou kunnen, zou ik in de hoogste straatlantaarn klimmen zodat hij me kon zien. Ik zou hem vertellen over hoe eenzaam ik ben, over de strijd om een ​​baan te vinden nadat mijn bedrijf failliet ging, over het meisje dat ik wilde trouwen, maar die er niet meer is. Mijn band met Irak is sterk, maar hoe vaak ben ik niet in de verleiding geweest om te vertrekken zoals anderen. Ik zou willen dat de paus me zou zien, me uit zou nodigen om bij hem te zijn en ik zou hem naar mijn huis brengen en zeggen: 'Blijf hier, we hebben jou nodig."

Maryam, een christelijke vrouw uit Mosul, vertelt dat zij en haar kinderen elke dag al weken lang, voordat ze gaan werken, naar de kerk van Al-Tahira gaan. "Met andere mensen uit de stad hebben we er ons best voor gedaan om deze kerk opnieuw de mooiste kerk in Irak te laten zijn; mijn dochters en ik maakten alle grote zuilen schoon, het duurde dagen om het stof en de tekenen van de oorlog te verwijderen. In onze vrije tijd zoeken we naar geschikte tapijten om op de grond te leggen. De jongens helpen hun vaders de verwoeste binnenruimten te herstellen of de buitenmuur opnieuw op te bouwen." Mosul, de op een na grootste stad van het land, draagt ​​nog steeds tekenen van verwoesting. Tweeëndertig kerken werden vernietigd door Isis en werden nooit herbouwd en hetzelfde geldt voor veel moskeeën, sommige scholen, begraafplaatsen en huizen. Reconstructie verloopt langzaam, maar de interesse van de VN en de komst van de paus heeft de wederopbouw een extra duw gegeven. Dus ten minste de Kerk van Al-Tahira, het klooster van Onze Lieve Vrouw van het Uur en de Moskee van Al Nouri zijn weer opgebouwd. "De paus zou vaker moeten komen, misschien elk jaar wel," lacht Samaan, een boer die is teruggekeerd met zijn familie in de stad na vier en een half jaar van ballingschap.

In Qaraqosh hebben kinderen gebedsintenties en nieuwe liedjes in het Arabisch en Italiaans voorbereid, "zodat de paus zich thuis kan voelen". Ook de zieken hopen hem tenminste vanaf een afstand te kunnen zien. Onder hen is Rita, vijfentwintig jaar oud. Ze trouwde vorig jaar, na de afgelopen jaren in een vluchtelingenkamp aan de rand van Erbil te hebben doorgebracht. Ze droomde ervan om terug te keren naar haar geboortestad Qaraqosh, er te leven met haar man en veel kinderen te krijgen. In plaats daarvan werd zij plotseling getroffen door een tumor en om de behandeling te betalen moest het paar stoppen met het opknappen van het huis. "Ik wilde niet ziek worden, maar ik ben blij omdat ik met een prachtige bruiloft met mijn geliefde kon trouwen. God gaf me de tijd om alles te doen. Zelfs als het kruis zwaar is zullen we het als het God belieft samen dragen. Als ik de paus zou kunnen ontmoeten, zou ik hem vertellen dat we voor hem bidden, dat we zijn vrienden zijn, dat hij de christenen van Irak niet mag vergeten. Vooral degenen die zijn gevlucht en niet willen terugkeren, zoals mijn ooms."

Emel, een Chaldese christen, is enthousiast: "Het bezoek is kort, maar dat is prima. Ik ben blij, ik ben ontroerd, de Vlakte van Nineve is weer tot leven gekomen. We voelen ons belangrijk omdat de paus in ons is geïnteresseerd. Onlangs tijdens de H. Mis herinnerde onze bisschop ons eraan dat de Heilige Vader met zijn eigen ogen de verwoesting in deze straten zal zien, maar hij zal ook ons die de levende stenen van het christendom in Irak zijn ontmoeten. Hij herinnerde me eraan wat onze bijdrage is aan de wereld". Shalito, anderzijds, vocht met christelijke milities tegen Isis, zag veel vrienden sterven, en hervatte pas een jaar geleden zijn bedrijf als imker: "We gaan naar het stadion in Erbil om hem te zien. We zouden graag zien dat hij wat langer bleef, maar dit is al een geweldig cadeau. Mijn dochter heeft een begroeting in het Spaans geleerd omdat ze hoopt hem te kunnen omhelzen en hem persoonlijk te kunnen bedanken", zegt hij in Aramees, de oude taal van Jezus die hier nog steeds gesproken wordt.

Maar er zullen niet alleen christenen (Chaldeeërs, Syrisch-katholieken, orthodoxen, Arameeërs, ...) zijn om de paus te verwelkomen. Zelfs de Koerden, Yazidi en moslimgemeenschappen, met hun talloze denominaties, hebben er alles aan gedaan om ervoor te zorgen dat alles klaar is. En in de straten vieren ze allemaal samen de passage van de processie. Zoals in de afgelopen dagen opgemerkt door de Sjiitische leider Sayed Al-Khoei: "Het bezoek van de paus is niet alleen voor christenen, maar voor al diegenen die hier overal wonen en werken voor vrede". En er zijn veel van zulke mensen in Irak: "Als het Midden-Oosten een palmboom was, zou zijn gebladerte moslim zijn, maar de wortels zouden christen zijn. De schoonheid van ons land is gelegen in haar diversiteit. Vanaf hier kunnen we weer beginnen."