Geen oorlog is sterker dan de overwinning van Christus
"Uit Pasen stroomt een rivier van verzoening tussen mensen, kerken en volkeren." De bijdrage van pater Mauro-Giuseppe Lepori, generaal-abt van de Cisterciënzers (van ilsussidiario.net).Pasen viert een overwinning, die van Christus op de dood, op de dood die de vrucht is van de zonde. Het volstaat zich hiervan bewust te zijn om te beseffen welk een essentiële weldaad Christus in de wereld bewerkstelligt, in de wereld van vandaag en voor altijd. Wij hebben niet iemand nodig die de problemen van de mensheid beheert. Wij hebben iemand nodig die ons redt van dood en kwaad, en ons redt bij de wortel ervan. De wortel van elk kwaad in de wereld, of het nu persoonlijk, sociaal of mondiaal is, is en blijft de vrijheid van de mens die weigert, om zo te zeggen, liefdevol de vrijheid van God in te ademen.
De adem die God in Adams stoffelijke lichaam blies, de levensadem, gaf hem niet alleen dierlijk leven - dat leven dat alle levende wezens ontvangen ook zonder die "kus" die Adam van God ontving. De levensadem die de mens ontvangt wanneer hij gevormd wordt in de schoot van zijn moeder is een adem van leven en liefde, een adem die vrijheid voortbrengt omdat een goddelijke vrijheid hem wil en liefheeft en wacht op het vrije liefdevolle antwoord daarop.
De zonde is als een adem die van Gods adem is afgeweken, een leven afgeweken van Gods liefde, dat wil zeggen, van de gemeenschap met Hem. Dan vindt de mens dat hij zijn eigen vruchtbaarheid moet genereren. De genegenheid, het werk, de kunst, alles lijkt adem te missen omdat de vrijheid van de mens te broos is om het leven in eenzaamheid aan te kunnen.
En toch keert God onmiddellijk terug om de mens te vergezellen in zijn avontuur van het leven. Gods vrijheid, die totale naastenliefde is, houdt nooit op Zijn gezelschap aan te bieden op de reis van de mens. "O blijde schuld!" zingen wij in de paasnacht, als de trotse broosheid van Adam God in staat stelt Zijn barmhartigheid duidelijker aan ons uit te drukken, zoals een moeder haar genegenheid concreter laat voelen aan haar gevallen en gekwetst kind.
Het Pasen van Christus is een stralend licht dat geboren wordt uit de duisternis, een vruchtbaarder leven dat geboren wordt uit de dood. Als we erin geloven, als we het beleven, omdat het een gebeurtenis is die altijd weer opnieuw gebeurt, kunnen we niet meer vrezen of wanhopen bij het feit van de terugval en de dood die altijd ons leven en onze wereld verwonden, zelfs als plagen of onverwachte oorlogen de horizon van de geschiedenis en de sereniteit van de harten verduisteren. Niets, absoluut niets, is sterker dan Christus' overwinning op dood en zonde, omdat niets weerstand kan bieden aan het altijd verrassende gelaat van Gods almacht: liefde, vergeving, barmhartigheid. God wint niet met krachtigere wapens. God wint door elke macht van het kwaad te ontwapenen met de onschuld van het kruis. "Onschuld" betekent het afzien van kwaad. We zingen het in de paassequentie, "Christus innocens Patri reconciliavit peccatores - Christus, die zonder zonden was, heeft de zondaars weer met de Vader verzoend."
Uit dit mysterie stroomt een rivier van verzoening tussen mensen, kerken en volkeren. Als Christus ons met de Vader verzoent, hoe kunnen wij ons dan niet overgeven aan verzoening onder elkaar?! Dan begrijpen wij dat de weg van de vrede loopt via de erkenning dat mijn vijand, zelfs een heel volk, reeds bemind en vergeven is door de Vader, omdat de eniggeboren Zoon door zijn bloed het kwaad en de haat onschuldig maakt, het kwaad en de haat die onder ons voortbestaan als een verschrikkelijke vergissing, een leugen die de werkelijkheid vervalst van een gemeenschap die reeds verwezenlijkt is in de overwinning van de Verrezene.