Kardinaal Matteo Zuppi (© Catholic press Photo)

Kardinaal Zuppi: "het charisma, een open venster"

"Zijn zoektocht naar waarheid binnen de ervaring, zonder iets te willen verdedigen. Voor hem was elke ontmoeting een ontdekking." In Traces van april de aartsbisschop van Bologna: wat fascineerde hem bij de eerste keer dat hij don Giussani zag?
Paola Bergamini

De eerste ontmoeting van de aartsbisschop van Bologna, kardinaal Matteo Zuppi, met de beweging dateert van het einde van de jaren zestig in Rome met don Vittorio Flamigni en de kleine groep van Gioventù Studentesca. Verbonden met de communiteit van Sant'Egidio, waarvan hij in 2000 kerkelijk assistent werd, heeft don Matteo - zoals hij liever genoemd wordt - vaak het pad gekruist van de ervaring van Gemeenschap en Bevrijding. Later was hij kapelaan in de parochie van Santa Maria in Trastevere, waar wekelijks de H. Mis van de CL-gemeenschap werd opgedragen en ontmoette hij als hulpbisschop van Midden-Rome verschillende priesters van de Fraterniteit van San Carlo. "Liefdadigheid en gebed zijn twee factoren die de ervaring van Sant'Egidio en CL met elkaar verbinden. Maar vanaf het begin werd ik getroffen door het getuigenis als een sterk, duidelijk voorstel", zegt hij als we onze dialoog beginnen. En naar gelang ons gesprek vordert gebruikt hij in zijn bewoordingen meer de tegenwoordige dan de verleden tijd, en wordt "jij" een "wij".

Uw geschiedenis is er een van vriendschap met de beweging. Heeft u ooit don Giussani ontmoet?
Twee keer. De eerste keer, rond 1984, organiseerde kardinaal Martini een informele bijeenkomst in Rome met enkele bewegingen, waaronder Sant'Egidio, Katholieke Actie en CL. Ik was onder de indruk van de concreetheid van zijn spiritualiteit, het christelijk feit, de "semantiek" van CL volgend. Dat wil zeggen, de verwerping van een vluchtig christendom, dat het geweten inruilt voor relativisme, waar erbij horen een verlies van identiteit lijkt te zijn. Voor Giussani is het precies omgekeerd: juist omdat ik mezelf ben, hoor ik erbij. Er is ook het tegenovergestelde risico, dat ik zie in veel onthechte autonomieën binnen de Kerk. Er is een zeer zwak gevoel van erbij horen hetgeen leidt tot religieus individualisme. Voor Giussani daarentegen neemt het christelijk feit je hele dag in beslag, omdat het een levende ontmoeting is. Terugkijkend was die eerste kennismaking niet slecht. Maar er was nog een ander aspect dat me opviel. En dat ik vandaag toevallig weer zie.

Wat was het?
Zijn passie in het overbrengen van het Evangelie en zijn grote vrijheid. Hij aarzelt niet om met iedereen in dialoog te gaan. Een cognitieve nieuwsgierigheid, zou ik zeggen. Ik denk ook aan de auteurs die hij ons voorstelde: Leopardi, Pasolini, Pavese, om er maar een paar te noemen. In zijn ontmoeting met deze schrijvers - zo zou hij het omschrijven - begreep hij dat hun religieuze vragen zijn eigen vraag naar zingeving urgenter maakten. En ik zou eraan willen toevoegen, zijn zoektocht naar waarheid binnen de ervaring, zonder iets te willen verdedigen. Hij had er geen moeite mee om de loopgraven in te gaan of om interpretaties te geven. Voor Giussani was elke ontmoeting een ontdekking.

Heb je hem ooit nog gezien?
Op 30 mei 1998, bij de ontmoeting tussen Johannes Paulus II en de bewegingen op het Sint-Pietersplein. Ik was zeer ontroerd toen ik deze bejaarde priester, met enige fysieke beperkingen, op zijn knieën zag gaan voor de paus. Het beeld van de bedelaar was het meest waarheidsgetrouw. Ik moet zeggen dat ik intussen verschillende mensen heb ontmoet, ik zou zeggen vrienden van de beweging. In Bologna, in het paleis van de aartsbisschop, is er een Memores Domini huis. In de afgelopen jaren heb ik don Julián Carrón ontmoet en leren kennen. Het eerste wat me in hem opviel was dat hij zich bewust was van het feit dat hij niet Giussani is en dat hij de weg van de Fraterniteit en de Memores wil volgen door het charisma voort te zetten, niet als een mechanische herhaling, maar met een generatieve creativiteit in het heden. Ik zie in hem een groot respect voor het geweten van de persoon en tegelijkertijd een grote betrokkenheid bij het avontuur en de geschiedenis van Giussani's charisma. Er is een totale afwezigheid van personalisme bij hem.

Na de ontslagbrief van Carrón, schreef u een boodschap aan de vrienden van de beweging waarin u deze zin van Giussani citeerde: "Het charisma is als een venster waardoor je de ruimte in haar totaliteit ziet. Het bewijs van een echt charisma is dat het je opent voor alles, het sluit je niet in."
Ik schreef het uit genegenheid, om dicht bij de mensen te zijn die ik kende. Het charisma is nooit iets statisch. We maken er ten onrechte de oorsprong van. Het is iets om gebruik van te maken. En we weten dat iets bewaren iets verliezen betekent. Het charisma van Giussani is geen rechte lijn, maar het is "getekend" door vele ontmoetingen. De schoonheid ervan is dat het een "open venster" is. De passie van het begin, de smaak voor dialoog, de kennis van de ander, de aankondiging is iets wat vandaag nodig is. Dit betekent dat men het er in de dagelijkse relaties op waagt met een onvoorwaardelijke nieuwsgierigheid.

Ligt daarin de waarde van het getuigenis?
Het meer dat je hebt ontmoet beïnvloedt alles wat je doet. Er schieten me enkele realiteiten te binnen die ik met eigen ogen heb gezien. Bijvoorbeeld, Casa Mantovani, waar psychiatrische patiënten worden opgevangen. De schoonheid van deze plaats, het vermogen om hulpmiddelen te gebruiken en tegelijk de bureaucratie te overstijgen, de menselijke genialiteit, zijn een duidelijk teken. Of de Voedselbank en andere educatieve werken. Wat opvalt is niet alleen zijn organisatorisch vermogen, het is echt iets meer. Wat opvalt is de intuïtie van Giussani: een levend christendom. Pas daarna, en alleen als het nodig is, kunnen we dan praten over waarden en zo. De uitdaging van vandaag is deze: de passie van het begin leven met volwassenheid. Giussani is een man van passie, hart en intelligentie. En ik voeg eraan toe dat kinderen niet in reageerbuizen worden gemaakt.

Wat betekent dat?
Ik kan alles uitleggen, ook het Evangelie, maar dan is de rest je eigen zaak. Individualisme is altijd een groot risico! Om individu te kunnen zijn, bestaan wij als gemeenschap. Dat wil zeggen dat we niet opvoeden met regels. Dat is het farizeïsme waar we gemakkelijk in vervallen, wat, als we erover nadenken, het meest comfortabele is om te doen. De regels nauwgezet en scrupuleus naleven doet mij geloven dat ik juist en gepast gehandeld heb. Maar daarbij verzuimen we de enige regel toe te passen: de liefde. Dat zien we in de gelijkenis van de verloren zoon, die zowel Giussani als Carrón niet toevallig zo dierbaar was. Wie heeft zich niet herkend in de oudere broer wanneer hij, boos, alles opsomt wat hij "rechtvaardig" heeft gedaan? Maar de vader zegt: hij is mijn zoon.

Hoe kan men vandaag de passie van het begin levendig houden? Dat wil zeggen, hoe blijft het charisma levend?
In de eerste plaats zorgt de Heilige Geest ervoor. Dan is er een persoonlijke dimensie, dat wil zeggen het risico aanvaarden van de ontmoeting met de ander die weet wie wij zijn. Ik zou zeggen dat het charisma verbonden is met de persoon en tegelijk, wat de beweging betreft, met de Fraterniteit. Elke persoon, met zijn eigen geschiedenis en intelligentie, kan bijdragen aan de weg van de Fraterniteit. Wee echter degenen die het charisma willen individualiseren of reduceren tot personalisme. Het "ik" en het "wij" moeten in evenwicht zijn.

Wat zou er anders kunnen gebeuren?
Als er te veel "ik" is, wordt het "wij" een container van diensten; en, omgekeerd, een teveel aan "wij" leidt tot het verlies van iemands individualiteit.

Wat stelt ons in staat om niet te vallen voor deze verleiding?
Op persoonlijk vlak is er altijd de mogelijkheid van verandering. Gods Woord zal ons altijd vragen om dat te doen. Zelfs crisissen, hoe pijnlijk ook, blijven niet vruchteloos. De verkondiging van het Evangelie is altijd de verkondiging van de Ander, en kan alleen begrepen worden dankzij de gemeenschap. Dat is wat eenheid is. Het is geen handleiding van gedrag, regels, juridische afspraak, maar een volledige waardering en begrip van de persoon en van verschillende werkelijkheden. Concreet betekent het dat men zichzelf blijft in de relatie met vrienden van de Fraterniteit. Het enige vaccin tegen personalisme is iemand naast je te hebben die zegt: wat ben je aan het doen?

Dat vergt veel vrijheid...
Ja, dezelfde vrijheid die je moet hebben met kinderen en jongeren in het algemeen. Want, laat ons duidelijk zijn, net zoals het Evangelie, wordt ook het charisma niet doorgegeven door overerving. Het is een interessante uitdaging.

Hoe kunnen we die aangaan?
In de eerste plaats door het zelf te beleven. Dan door te begeleiden, door ieder van ons het vertrouwen te schenken om te groeien in verantwoordelijkheid. Vertrouwen geven, zonder wat zij beleven te vergelijken met wat wij beleefd hebben, de fout vermijden achter het verleden aan te hollen. Het is vooral hun reis; het is hun ervaring van verwondering waarnaar wij moeten kijken. Zo blijft het charisma dezelfde en wordt het getransformeerd. Inderdaad, juist omdat het transformeert, is het hetzelfde. Het kan niet in de vriezer worden gestopt of gereproduceerd worden als een kloon.