Nigeria: "De grootst mogelijke hulp die ik krijg"
Na de aanslag in de kerk in Owo, Nigeria, op 5 juni was de verleiding groot om te zeggen: "Er zal nooit iets veranderen." Barbara vertelt wat haar in staat stelde om niet ontmoedigd te raken, en wat haar weer "ja" deed zeggenHet bloedbad op zondag 5 juni, tijdens de Pinkstermis in Owo, heeft ons overvallen. Hoewel terroristische aanslagen heel gewoon zijn in Nigeria, overschreed het geweld een tot voor kort onmogelijk gehouden grens: het bloedbad werd aangericht in het zuiden van Nigeria. Roland was de eerste die een bericht over de slachting naar onze whatsapp-groep stuurde. Het was een schok voor iedereen. Het was makkelijk om te zeggen: "Er zal nooit iets veranderen, er is geen hoop." Toch kreeg de gedachte dat "alles verloren is" niet de overhand onder ons, want er is iets dat zelfs die pijn omarmt.
Waar ik in de beweging misschien wel het meest dankbaar voor ben, is dat zij mij ertoe heeft aangezet om naar alles te kijken, zelfs naar pijn en de twijfel die daaruit kan voortkomen. Onze vriendschap leert ons te kijken naar de dingen en mensen die er zijn. Soms gebeuren er slechte dingen, maar hoe vaak gebeurt er niet iets moois en neem ik dat voor lief? Dingen gebeuren en worden ongedaan gemaakt, alsof alles normaal is, maar Jezus is aan het werk in elk gewoon moment. Ik ervoer mijzelf naar deze aanslag te kijken door naar Christus te kijken: de levende Jezus die mij in leven houdt, die mij vergeeft, die in mij is gekomen, net zoals dat is gebeurd met de persoon die ik voor me heb, en met degenen die in het bloedbad zijn omgekomen.
Het toebehoren aan de beweging, de weg die ik in deze jaren met don Carrón ben gegaan, hebben mij geleerd met open ogen te kijken tot ik Christus herken als de inhoud van de werkelijkheid: allereerst de mijne, maar ook die van anderen. Ik denk aan de protesten van oktober 2020, toen Lagos in brand stond als reactie op het gebruik van geweld door de politie, of aan dit bloedbad in de kerk van Owo, maar ook aan de kleine dingen in het leven die me kwetsen of opwinden. De beweging heeft me geholpen om dieper naar de zaak te kijken, elke verstoring serieus te nemen en me te laten uitdagen door wat er voor me ligt, de impact van de werkelijkheid te voelen. Het hart herkent dan wat nodig is om te leven. Op een eenvoudige manier is dat wat ik hier zie gebeuren bij zoveel mensen, die in zeer ernstige situaties naar de mis blijven gaan, christen blijven, met gevaar voor eigen leven en het leven van hun dierbaren.
Onze vriendin Rose Busingye uit Oeganda kwam ons een paar dagen voor de aanslag bezoeken, en de situatie was al erg gespannen: de verkiezingscampagne voor de presidentsverkiezingen van volgend jaar, het terrorisme in het noorden, de extreme armoede waarin zovelen leven... Ze was hier maar drie dagen, maar vanwege de intensiteit van de momenten die we beleefden voelde het alsof we een maand samen hadden doorgebracht. De studenten, de gesprekken, de ontmoetingen met volwassenen in de gemeenschap. Getroffen door een vraag van een van ons, Martins, "Ik begrijp dat God alles is, dus wat moet ik doen?", begreep Rose dat dit geen "activisme" was, maar een eenvoudig, ontwapend verlangen. Zij was in staat de zuiverheid van die vraag te vatten omdat het haar ervaring is: de volheid van haar relatie met Christus, aanwezig, vlees van haar vlees. Je kunt zien dat ze, daardoor bewogen, leeft. Je merkt het 's morgens als ze, zelfs met haar ogen nog half dicht, vertelt over Hem die 's nachts over haar gewaakt heeft, die haar adem bleef geven terwijl zij in bed lag als was zij dood. Het is een getuigenis van de volheid van het leven. Zo'n vriend te hebben geeft mijn leven vorm, opent mijn ogen, laat me ontdekken wie ik ben, en elk moment is een gelegenheid om een kleine stap vooruit te zetten.
Als U, Christus, alles bent en "het leven van mijn leven" bent, kan ik U alleen maar danken, dat wil zeggen, deze onverdiende liefde die mij geschonken wordt, zelfs als ik haar vergeet, aanvaarden. Van de vele drama's en wonderen die ik zie gebeuren, begrijp ik dat ik niets kan doen aan het eerste en dat ik mij het tweede niet kan toeëigenen, maar dat ik wel "ja" kan zeggen tegen deze liefde, tegen deze voorkeur, tegen deze Mens die vlees is van mijn vlees. In de loop der jaren zijn sommige vrienden, zoals Carrón, Rose en de vrienden met wie ik in het huis van de Memores Domini woon, van fundamenteel belang geweest voor mijn leven. Als ik merk dat ik geduldig ben met mezelf, iemand omhels, niet wanhoop over wat er gebeurt of me verlies in analyses, dan komt dat door het "ja" dat mijn vrienden zeggen: het is de grootst mogelijke hulp die ik krijg! Dus de enige bijdrage die ik kan leveren is mijn eigen "ja".
Barbara, Lagos, Nigeria