Het Evangelie volgens Mattheüs (1964), regie P.P. Pasolini. © Photo12/7e Art/Arco Film/Lux Compagnie/Contrasto

Pasen 2020

De afbeelding is genomen uit "Het evangelie volgens Mattheus" van Pier Paolo Pasolini. Het vers, dat Don Giussani's woorden die in 1998 op het Sint-Pietersplein werden uitgesproken, vergezelde is eveneens afkomstig van deze dichter en filmregisseur.

Altijd ontbreekt er iets, er zit een leegte
in al mijn intuïties. En het is vulgair,
dit niet compleet zijn, het is vulgair,
nooit was ik zo vulgair als in deze angst,
in dit ‘Christus niet hebben’ – een gezicht
dat ingezet kan worden voor een
werk dat niet geheel
verloren gaat in pure intuïtie in eenzaamheid.

Pier Paolo Pasolini

‘Wat is de mens dat Gij aan hem denkt, het
mensenkind dat Gij zo voor hem zorgt?’ Mijn leven
lang heeft geen vraag mij ooit zo getroffen als deze.
Alleen Christus neemt alles van mijn menselijkheid
ter harte. Want die Mens, de Jood Jezus van Nazareth,
is voor ons gestorven en is verrezen. Die verrezen
Mens is de Werkelijkheid waarvan heel de positiviteit
van het bestaan van elke mens afhangt. Elke aardse
ervaring die beleefd wordt in de Geest van Jezus,
verrezen uit de doden, bloeit in de eeuwigheid.
Dit ontbloeien zal niet enkel aan het eind van de
tijd plaatsvinden; het is reeds begonnen in de
schemering van Pasen. Daarom drukt het bestaan
zich, als ultiem ideaal, uit in een bedelen. De ware
hoofdrolspeler van de geschiedenis is de bedelaar:
Christus die bedelt om het hart van de mens en het
hart van de mens dat bedelt om Christus.

Luigi Giussani



Gemeenschap en Bevrijding